Vervoerregio Amsterdam
Edited on
20 April 2022Onze partner Vervoerregio Amsterdam verbindt 15 gemeenten die op regionale schaal samenwerken. Deze gemeenten zorgen gezamenlijk dat mensen en gebieden op efficiënte wijze met elkaar worden verbonden. Op deze manier kan iedereen op een snelle, prettige manier zijn bestemming bereiken.
De Metropoolregio Amsterdam beslaat een gebied van ruim 1,003 km2 rondom de stad Amsterdam en bestaat uit 15 verschillende gemeenten. Het gebied telt zo’n 1.54 miljoen inwoners. Van deze inwoners woont 55% in Amsterdam en 20% woont in Zaanstad of het gebied rondom Haarlemmermeer. Men verwacht dat het aantal inwoners in 2040 oploopt tot 1.8 miljoen. Ongeveer 4.3% van de beroepsbevolking in de metropoolregio werkeloos. Dit aandeel is hoger in de minder dichtbevolkte gebieden.
Nadat het Rijk in 2017 de stadsregio’s heeft afgeschaft, is uit bestaande intergemeentelijke samenwerkingen de Vervoerregio Amsterdam (VA) opgericht als de regionale autoriteit op het gebied van infrastructuur en transportplanning. Sindsdien werken de metropoolgemeenten samen om de bereikbaarheid van de regio te vergroten. Haar belangrijkste verantwoordelijkheden – ontleend uit lokale, regionale en nationale regelgeving – zijn het ontwikkelen van verkeers- en vervoersbeleid; het leveren van tram-, metro- en busdiensten; het aanleggen en onderhouden van lokale en regionale spoorweginfrastructuur; het coördineren en plannen van regionale infrastructuurprojecten; en het financieren van mobiliteitsprojecten.
De democratische legitimatie van de Vervoersregio Transportautoriteit komt voort uit haar Regionale Raad, waarin alle gemeenten naar inwonertal zijn vertegenwoordigd. Het dagelijks bestuur van de VA bestaat uit drie afgevaardigden van de drie grootste gemeenten (Amsterdam, Haarlemmermeer en Zaanstad) en wordt voor een periode van vier jaar gekozen. De rol van de Vervoersautoriteit Vervoerregio Amsterdam is het meefinancieren van mobiliteit en infrastructuur in de regio en het harmoniseren van gemeentelijke plannen op regionaal niveau. De Autoriteit ontwikkelt ook infrastructuurprojecten, maar de uitvoer van deze projecten blijft de bevoegdheid van de respectievelijke gemeenten.
Daarnaast bestaan er samenwerkingsprogramma's tussen de Vervoersautoriteit, de metropoolgemeenten en het Rijk om gezamenlijk toekomstbestendige mobiliteitsinfrastructuren te ontwikkelen (‘Samen bouwen aan bereikbaarheid’). De Vervoersregio Amsterdam creëert een gemeenschappelijk beleid voor de gemeente dat in de hele regio wordt toegepast. Dit beleid houdt ook rekening met verkeersstromen en de herverdeling van de verkeersvolumes.
In de periode 2013-2018 constateerde de Vervoersautoriteit een lichte daling van het autogebruik en een stijging in het gebruik van het openbaar vervoer van 4% naar 5%. Ook steeg in deze periode het fietsgebruik met 2% en was er een aanzienlijke toename in het aantal voetgangers in het stadscentrum. Gemeente Amsterdam staat voor grote uitdagingen op het gebied van vervoersmiddelenkeuzes en een modale verschuiving die direct gerelateerd is aan de (her)allocatie van de beschikbare ruimte voor vervoersmodaliteiten. Daarom is het cruciaal om de voor- en nadelen van deze keuzes in kaart te brengen.
Eén van de grootste uitdagingen op dit gebied is de integratie van transportinfrastructuur met de publieke ruimte en stadsontwikkeling. Dit is in het bijzonder een aandachtpunt voor dichtbevolkte gebieden waar veel belanghebbenden bij betrokken zijn. Momenteel worden sommige treinstations beschouwd als wijkgrenzen. Het vaststellen hoe omliggende ruimtes rondom stations kan worden geheroriënteerd om de functie van het station centraal te stellen in het gebied is een monumentale opgave.
De doelen van de Vervoersregio zijn het verbeteren van de kwaliteit en veiligheid van deur-tot-deur reizen en het integreren van mobiliteit in de stedelijke omgeving. Een logische stap om dit te bereiken is het verbeteren van het stadsaangezicht rondom treinstations en mobiliteitsknooppunten. De VA zet deze lijn voort door mensen aan te moedigen vaker de fiets te nemen, het openbaar vervoer in steden aantrekkelijker en duurzamer te maken en de intramodaliteit te verbeteren. Dit probeert de VA te bewerkstelligen door de aanleg van meer fietsstallingen en het verbeteren van de publieke ruimte langs mobiliteitsknooppunten. Doordat men efficiënt gebruikmaakt van bestaande infrastructuur kan de VA deze doelen met minimale middelen realiseren.
In het RiConnect Project hoopt de VA voorbeelden te vinden en input te krijgen over hoe participatie van verschillende stakeholders de VA kan helpen om haar strategische doelen te behalen. In dit project is het doel om station Lelylaan te verbeteren en te verbinden met haar omgeving. Op deze manier hopen we een kader te scheppen voor toekomstige Vervoerregioprojecten waar het bouwen van nieuwe coalities door participatie resulteert in betere resultaten voor de VA en andere stakeholders. Tevens hopen we hiermee een eerste basis te leggen voor internationale samenwerking in Europees verband, zodat de interne processen afgestemd zijn voor toekomstige Europese samenwerkingen, met name omdat wij vinden dat dit cruciaal is voor de innovatie binnen de VA. Bovendien verwachten we onze kennis over stadsontwikkeling en infrastructuur te verbeteren door station Lelylaan daadwerkelijk te integreren in de wijk het Nieuwe-Westen. Station Lelylaan zal dan niet meer een aparte entiteit zijn, maar zal onderdeel uitmaken van de wijk.
Submitted by URBACT punt Ned... on