You are here

NUP op stap: Heerlen

Edited on

31 May 2022
Read time: 5 minutes

Als National Urbact Point van Nederland proberen we het verbindstuk te zijn tussen URBACT en de Nederlandse gemeenten. Wat wij vooral zien van de Nederlandse Urbact steden zijn de rapportages, artikelen en verslagen die in de verschillende Urbact-projecten verschijnen. Zodoende waren we aangenaam verrast toen Yvette Petit van Gemeente Heerlen ons uitnodigde om een dag mee te lopen met een excursie van het iPlace-project, waar Heerlen partner city in is, samen met Amarante (lead partner, Portugal) Gabrovo (Bulgarije), Medina del Campo (Spanje), Saldus (Letland), Kočevje (Slovenië), Balbriggan (Ierland), Grosseto (Italië), Pori (Finland), en Pärnu (Estland).

Op een vroege ochtend in maart vertrekken Martijn Kramer en ik (Ka-chun Lo) vanuit de Randstad naar het Limburgse Heerlen. De eerste hersenspinsel die dag is dat de hoger gelegen stationshal direct op straatniveau uitkomt. Het station in Heerlen blijkt een architectonisch kunstwerk te zijn, want als je rechtsaf richting het centrum loopt blijkt het station daadwerkelijk hoger te liggen dan het omliggende gebied. Dit hoogteverschil biedt een prachtig uitzicht op het centrum van Heerlen. Veel tijd is er niet om van het uitzicht te genieten, want de excursiegroep van iPlace – bestaande uit ambtenaren en beleidsmakers uit heel Europa – liep onze kant op.

We draaien weer om en sluiten aan bij de rondleiding met voorop Michel Huisman, de kunstenaar die het Maankwartier heeft ontworpen. Hij vertelt over de technische en esthetische overwegingen in het ontwerp van het station en de illusie die hij heeft geprobeerd te wekken met name door het materiaalgebruik, refererend naar de grote massieve stenen die het stationsgebouw bekleden, maar hol blijken wanneer hij erop klopt. "Het stationsgebied moest niet alleen mooi, maar ook functioneel zijn!“ Ook zijn in het stationsgebied klimaatadapatiemaatregelen getroffen, het meest in het oog springende voorbeeld is het massief gegalvaniseerde metalen raamwerk waaronder het busstation is gevestigd. De hele structuur is in de warmere maanden volledig begroeid, wat koelte en schaduw moet brengen voor de wachtende busreizigers. Ook zijn onder het stationsgebied enorme waterbassins geïnstalleerd die water opvangen, wat weer wordt gebruikt voor het groen in het gebied, maar ook als buffer dient ten tijde van hevige regenval.

Voorbeeld van gevelrenovatie, links het oude, rechts gerenoveerd.

Michel vertelt in zijn atelier verder over de filosofie en werkwijze voor het gebied. Nu het station helemaal klaar is heeft hij zijn ogen gericht op de binnenstad. Sinds de mijnbouw uit Heerlen is vertrokken door de transitie naar aardgas in de jaren ‘60, heeft de stad te maken gehad met verloedering – een belangrijk onderwerp die de gemeente probeert aan te pakken door onder andere de binnenstad te vernieuwen. Lopend door de binnenstad worden we gewezen op renovaties die de binnenstad aantrekkelijker maken, met name de vernieuwde gevels springen in het oog en geven volgens de aanwezigen de winkels een nieuwe allure.

Overal in de binnenstad is wel iets gaande, een plein dat wordt gerenoveerd, plotten land waar woningen moeten komen voor jonge gezinnen, maar ook een leegstaand pand dat door Zuyd Hogeschool als dependance wordt gebruikt voor een zogenaamde ‘living lab’. Het laatstgenoemde wekt enthousiasme op, want Wessel, lead expert van het iPlace-project, roept onmiddelijk de Finse delegatie naar zich toe: “Look, this was your idea in Finland and they implemented the concept here in the Netherlands!”.

Wessel Badenhorst – lead expert van iPlace – roept iedereen bijeen en geeft de opdracht om na te denken over wat ze tot nu toe hebben gezien in Heerlen: “wat is goed, wat moet je doorpakken, wat gaat minder, en waar moet je mee stoppen?” Veel gehoorde zinnen onder de deelnemers zijn: “ze hebben het hier goed voor elkaar, ze moeten niks veranderen en vooral zo doorgaan!

Over iPlace

Aanvullend aan het bezoek hebben we gesproken met Wessel Badenhorst en Melanie Cardoso, projectmanager van iPlace in Amarante, Portugal. In dit gesprek is dieper ingegaan op het iPlace-project, wat de steden van elkaar hebben geleerd en wat zij als trekkers hebben gedaan om het project echt van de grond te krijgen.

Het iPlace-project gaat over kleinere steden die ideeën en concepten uitwisselen om de lokale economie nieuw leven in te blazen. De economische geschiedenis en locatie van de stad staan centraal, enerzijds om lessen te trekken uit wat de stad ooit groot heeft gemaakt, anderzijds om juist deze geschiedenis te benutten om nieuwe economische kansen te ontdekken en door te ontwikkelen. De achterliggende gedachte is dat elke stad – hoe klein die ook is – competitief kan zijn in de wereld. De steden hebben goed gekeken naar hun ‘strategische ligging’ in het gebied en zetten hierop in om ondernemers en instanties naar de stad te trekken.

Over het proces

Het eerste woord dat uitspringt is ‘familie’, Wessel en Melanie beschrijven hoe het netwerk met elkaar is verbonden als een soort familie en zo gedragen de steden zich naar elkaar toe. “Zelfs als er fysieke bijeenkomsten zijn gaan mensen door met hun conversatie zonder dat ze eerst (on)gemakkelijk met elkaar moeten kennismaken”, aldus Wessel. Ze beschrijven hoe ze hebben ingezet op het creëren van een atmosfeer waarin de drempel tot communicatie, leren en kennisdelen zo laag mogelijk is.

In coronatijd werd alles vermoeilijkt, maar zelfs dan hebben we manieren gevonden om de verbinding met elkaar op te zoeken. Voor één van onze transnationale bijeenkomst had iedereen opeens een cadeautje in de brievenbus ontvangen. Tijdens de bijeenkomst hebben we de cadeautjes uitgepakt en dat zorgde voor een prachtige manier van verbinden ten tijde van lockdown”. Grappend biecht Melanie op dat zij de schuldige was, waar Wessel aangenaam door werd verrast: “so it was you who did this!”.

Van buitenaf lijkt de verbondenheid alleen maar sterker, want de steden spreken elkaar aan alsof ze jarenlange vrienden zijn – iets wat ze inmiddels over het beloop van het project daadwerkelijk zijn geworden! Volgens Wessel is er nauwelijks formele organisatie meer nodig: "de steden nodigen elkaar uit om op bezoek te komen, de ene stad neemt juist haar bestuurders mee om hen te overtuigen dat de nieuwe ideeën voor hun stad elders al een succes is. Deze interactie helpt ook het bestuur om meer open te staan voor nieuwe ideeën en concepten, zeker als deze succesvol blijken in andere steden”.

Van elkaar leren

Waarom specifiek kleine steden? De EU bestaat niet alleen uit megasteden zoals Parijs en Berlijn, maar juist uit kleinere steden waar het gros van de EU-bevolking woont. De schaalgrootte van kleine steden brengt voordelen met zich mee: leren gaat sneller dan in grotere steden, er is meer integratie en je voelt meer dat je als gehele stad gezamenlijk aan iets werkt. “Things always happen in small cities”.

Een voorbeeld van wat de steden van elkaar hebben geleerd is de eerdergenoemde living lab in Heerlen – naar het voorbeeld van Pori in Finland – om de hogere scholen en universiteiten naar Heerlen centrum te trekken. Tevens geeft de living lab de scholen een directe verbinding met de samenleving, de locatie is namelijk middenin het centrumgebied.

Afsluitend geeft Wessel mee dat het uiteindelijk mensenwerk is. Hij benoemt in het bijzonder Richard van Beek van de gemeente Heerlen, die een belangrijke rol heeft gespeeld om de juiste sfeer te zetten voor de hele groep. Hij is altijd degene die hardop roept: “isn’t this trip fantastic? For us as the Netherlands we saw and learned so much!” Zo heeft hij de hele groep uit hun schulp weten te halen en is onze leercultuur ontstaan. Richard is momenteel ziek en strijdt voor zijn leven, waardoor hij afwezig is tijdens de excursie. Namens de NUP Nederland wensen we Richard en zijn familie en de gemeente Heerlen sterkte toe.

iPlace wordt 8 juli 2022 afgesloten met een eindbijeenkomst in Amarante, Portugal. Er zijn ideeën om deze verbondenheid vast te houden, wellicht in een URBACT IV-call die dit najaar opent. Ben je benieuwd geworden naar iPlace? Of wil je meer voorbeelden wat de steden van elkaar hebben geleerd en ontwikkeld? Dan kun je het beste naar de iPlace-website: https://urbact.eu/iplace