You are here

Gendergelijkheid in de stad: makkelijker gezegd dan gedaan

Edited on

29 November 2018
Read time: 3 minutes

‘Gendergelijkheid’ is met regelmaat het achterliggende thema geweest van politieke discussies in 2018, waardoor instellingen over de hele wereld nader hebben bekeken hoe vrouwen en mannen in de persoonlijke, professionele en publieke sfeer met elkaar omgaan. Maar wat betekent dit voor Europese steden? Het nieuwe URBACT-initiatief, Gender Equal Cities, wilde deze complexe vraag beantwoorden op het URBACT City Festival in Lissabon deze maand. In een ‘Walkshop’ van een halve dag is er een analyse in de stad uitgevoerd met de vraag hoe en waarom vrouwen en mannen de openbare ruimte op een andere manier ervaren. En nog belangrijker, wat kan er worden gedaan om veilige, inclusieve en gendergelijke steden te creëren?

Terwijl het die ochtend ondertussen al best heet werd, ontvouwde de gender-complexiteit van Lissabon zich aan de deelnemers: oudere vrouwen sjouwden zware boodschappen op steile geplaveide straten, namen pauzes al leunend tegen de witgekalkte muren en probeerde wat schaduw te vinden. Een van de vele jongedames die Tuk Tuks besturen in Lissabon tufte langs de groep. Ze leidde een groep toeristen door het chaotische verkeer van trams, bussen en auto's, die bijna allemaal door mannen worden bestuurd. De ogen van de rokende mannelijke bouwvakkers en politieagenten op de stoep dwaalde regelmatig af naar de jongedame. Terwijl ze de pleinen doorkruist, speelden moeders met hun kinderen aan de voet van de standbeelden van militaire mannen en het koloniale verleden. Het is misschien niet eens bij de Tuk Tuk chauffeuse opgekomen hoe deze omgeving haar ambities, interesses of financiële situatie zou hebben beïnvloed. Dit is een waarschijnlijk minder vaak bekeken perspectief op het stadsleven, een perspectief dat het nieuwe URBACT initiatief, Gender Equal Cities, probeert te verkennen.

Het geslacht van de stad

Van alle overheidsniveaus, heeft het stedelijke bestuur het meeste te maken met de dagelijkse behoeftes van burgers. Het is vaak de grootste lokale werkgever en heeft substantieel zeggenschap over de openbare diensten. Deze factoren bieden kansen om genderongelijkheid te lijf te gaan, maar de korte wandeling door de stad liet zien dat er nog steeds obstakels zijn.

Van negatieve stereotyperingen in seksistische reclames tot de slechte straatverlichting die ‘s nachts vrouwen zich onveiliger laten voelen; van standbeelden die machismo verheerlijken tot de stadsmobiliteit die motorvoertuigen belangrijker maakt dan voetgangers; het is niet moeilijk om te zien hoe gehandicapte vrouwen, ouders en ouderen in de stad worstelen. Het identificeren van deze problemen is echter de eerste noodzakelijke stap om ze op te lossen. De veertig Europese stedenbouwkundigen die deelnamen aan de wandeling door Lissabon deelden hun inzichten, waarbij ze hun observaties vaak verbonden met de ervaringen in hun eigen stad. Tijdens de feedbacksessie praatten sommige vrouwen over de strategieën die ze hebben ontwikkeld om veilig door de stad te reizen, zoals het vermijden van bepaalde straten, het nemen van langere routes en het aanpassen van hun eigen gedrag, bijvoorbeeld door zich anders aan te kleden om intimidatie of geweld te voorkomen. Ook de scheve representatie van vrouwen en mannen in de openbare ruimte werd opgemerkt, straten worden vaak vernoemd naar diverse beroemde mannen maar de enige vrouwen die straatnamen waardig zijn, zijn heiligen en koninginnen. De deelnemers plaatste het genderperspectief ook op de overduidelijke groei van toerisme in Lissabon. Wie profiteert van het vastgoed wat nu rendement oplevert via Airbnb? Welke banen worden gecreëerd voor vrouwen? Wat wordt er gedaan aan de afnemende ruimte voor gezinnen in het stadscentrum?

Participatie: bij alle tafels aan kunnen schuiven

De Walkshop toonde aan dat gendergevoelige stadsplanning vraagt om een participatieve benadering. De aanwezige Portugese NGO's, waaronder het Portugese platform voor de rechten van de vrouw, Women Without Borders en de nationale vereniging van vrouwen in de architectuur benadrukten dat steden vaker hen zouden moeten raadplegen en erkennen dat zij de specifieke expertise over gendergelijkheid op de beleidstafel kunnen inbrengen. De NGO's werken nauw samen met vrouwen van allerlei achtergronden, sociaaleconomische groepen en leeftijden. Ze hebben de unieke positie om deze vrouwen te vragen naar hun behoeften in de stad. In de kern is dit een kwestie van representatie: de ervaringen en stemmen van vrouwen moeten vertegenwoordigd zijn in de lokale overheid en erop gericht zijn hun "recht op de stad" te vervullen. Deze basisbehoefte aan vertegenwoordiging, overleg en data uitgesplitst naar geslacht werd door iedereen benadrukt. Het maatschappelijk middenveld heeft vaak een unieke positie om deze processen te ondersteunen.

Dankzij het URBACT Good Practice-voorbeeld van Umea (SE) weten we hoe dit eruit ziet in de praktijk en dat het werkt: om het gebruik van openbare sportruimten voor vrouwen te faciliteren, hield de stad een uitgebreide consultatie en ontdekte dat ruimtes alleen voor vrouwen soms nodig zijn. Zoals het Nationale URBACT Punt van Zweden aangaf, zijn eenvoudige dingen zoals meer straatverlichting en het verminderen van bankjes in het park een goedkope en een gemakkelijke manier om de openbare ruimte te democratiseren, door burgers te betrekken. De NGO’s benadrukten ook dat de relatie tweezijdig moet zijn: om gelijkheid tussen mannen en vrouwen te bereiken, hebben NGO’s de steden nodig evenals de steden de NGO's nodig hebben.

"We kunnen niet alleen praten over NGO's die zich richten op steden, steden moeten ook NGO's bereiken", zegt Alexandra Silva van het Portugese platform voor vrouwenrechten

Het kwartje is gevallen: Multi-level governance doet ertoe

Om oplossingen te vinden voor de in Lissabon waargenomen uitdagingen, die ook prevalent zijn in andere Europese steden, is er gediscussieerd over de rol van lokale, nationale en internationale beleidskaders. Het was daarom ook goed dat de Walkshop ook werd bijgewoond door regionale vertegenwoordigers van Europese netwerken, waaronder URBACT, de Raad voor Europese Regio's en Gemeenten (CEMR), lokale politici en nationale vrouwengroepen. We hoorden van Teresa Vicente, verantwoordelijk voor gelijkheid in Cascais en ondertekenaar van het CEMR European Charter for Equality, over hoe het werk op het gebied van genderbewuste communicatie training en het aanpakken van huiselijk geweld in jonge relaties nauw aansluit bij de wereldwijde beweging voor vrouwenrechten. Alle deelnemers waren het erover eens: we hebben elkaar nodig. We moeten samenwerken en elkaar ondersteunen.

Om gendergelijkheid zinvol, duurzaam en inclusief te maken, moeten we slimmer zijn in het verbinden van lokale initiatieven met Europese en mondiale netwerken. Documenten zoals het CEMR European Charter for Equality en Sustainable Development Goal 5 over gendergelijkheid, bieden de nodige politieke wil op hoog niveau om de vaart erin te houden en steden aansprakelijk te stellen voor het bevorderen van gendergelijkheid. In de Walkshop werd duidelijk dat steden een rol kunnen spelen bij het ‘vertalen’ van deze documenten voor hun burgers, door taal- of jargonbarrières te verwijderen en het toe te passen op de lokale context. Netwerken en uitwisselingen op nationaal niveau kunnen ook het leerproces bevorderen over wat werkt om gendergelijkheid te bereiken in verschillende culturele contexten.

Steden voor ons allemaal

De stad heeft veel instrumenten tot zijn beschikking om gendergelijkheid te bevorderen en te realiseren. De 30 artikelen van het CEMR European Charter for Equality geven duidelijk aan welke concrete acties steden kunnen ondernemen. Werkgevers kunnen prioriteit geven aan gelijk loon, flexibel werken en loopbaanontwikkeling voor vrouwen; Openbare dienstverlener kunnen vrouwen raadplegen om ervoor te zorgen dat diensten worden ontworpen met de behoeften van alle burgers in het achterhoofd; opvoeders kunnen een integrale rol spelen bij het deconstrueren van negatieve genderstereotypen.

De Walkshop in Lissabon leert ons dat wanneer we onze ogen openen, er overal bewijs te vinden is die aantoont dat de stad nog niet evenredig is toegespitst op zowel mannen als vrouwen. Het leert ons ook dat de stad een sleutelrol speelt, maar het niet in zijn eentje kan klaarspelen. Door een effectieve intermediair te worden tussen de globale doelen, de Europese agenda, het nationale en lokale beleid, grassroot activisme en de vrouwen zelf, kunnen steden vooruitgang boeken naar inclusieve steden voor iedereen.

Orginele tekst: Jenna Norman en Sally Kneeshaw

Vertaling: Benjamin Boon